De aap door Luuk M en Qin

Apen zijn dieren om precies te zijn zoogdieren. Ze lijken ook precies op ons. De vorm van de schedel en het gezicht van apen lijken een beetje op die van mensen. De ogen staan naast elkaar en de oren zijn precies als die van ons. Apen hebben handen, net als wij. Meestal met vijf vingers en met platte nagels in plaats van puntige klauwen. De voeten zijn plat, en lijken op een mensenvoet. Apen kunnen rechtop lopen, al doen ze dat niet zo vaak. Zelfs het gedrag van apen lijkt op mensengedrag. Apen hebben handen waarmee ze iets kunnen vasthouden. Er zijn meer dieren die dat kunnen, bijvoorbeeld de hamster of de eekhoorn. Die zitten wel eens rechtop van een nootje te knabbelen dat ze tussen de voorpoten hebben geklemd. Maar apen kunnen echt iets pakken, ook met één hand. Ze hebben een duim die veel beweeglijker is dan de andere vingers. De apen uit Zuid-Amerika leven in het tropisch regenwoud. Het zijn echte boombewoners. Ze zijn meestal klein, en ze hebben een staart waarmee ze zich goed in evenwicht kunnen houden als ze over de takken rennen. Sommige apen hebben een grijpstaart. De beste grijpstaart is die van de slingeraap. Hij is de enige die echt aan zijn staart kan slingeren, met handen en voeten vrij in de lucht. Het kleinste aapje ter wereld is de dwergoeistiti. Hij is niet veel groter dan een muis, en weegt maar 85 gram! Niet alle apen zijn boombewoners. In Afrika en Azië leven veel apensoorten in grote groepen op de grond. Grondapen hebben een korte staart. Bavianen trekken met z'n allen over de Afrikaanse savanne. Alleen bij gevaar vluchten ze de boom in, en 's nachts slapen ze er. Op de apenrots in Artis leven de Japanse Makaken. Ook zij zijn grondbewoners die in grote groepen leven. In zo'n groep heerst er een strenge rangorde. De sterkste apen zijn de baas over de minder sterke apen. Wie het hoogst in rangorde staat, krijgt de mooiste slaapplaats en het beste voedsel. Wie laag in groep staat, moet steeds op zijn hoede zijn. Soortgenoten verjagen hem gemakkelijk van een fijne plek en proberen lekkere hapjes af te pakken. Dan zijn er nog de grote mensapen: de gorilla en chimpansee uit de bossen van Afrika, en de orang oetan uit de wouden van Indonesië. Zij lijken van alle apen nog het meest op mensen. Men heeft ontdekt dat mensapen gemakkelijker iets kunnen begrijpen dan andere dieren. Een chimpansee die niet bij hoog hangende bananen kan komen, kan zelf verzinnen dat hij ze wél te pakken krijgt als hij op een kistje gaat staan, of er met een stok naar slaat. De verzorgers in Artis verstoppen soms honing voor de gorilla's in kleine gaatjes in hun verblijf. De gorilla's gebruiken stokjes om de honing eruit te halen.

Leefgebied

Apen leven in Europa op de rots van Gibraltar. Maar ze leven vooral in Azië, Afrika en Zuid-Amerika. Je denkt vast dat de apen altijd in de bomen leven, maar dat is niet waar. Bavianen die leven vooral op de gewone grond. Apen zijn hele sociale dieren ze leven vaak in groepen, maar ze vechten veel in de groep. De meeste apen leven in een tropisch regenwoud. De Gorilla’s leven graag in beboste gebieden en de Chimpansees ook. De meeste apen leven in ‘de oude wereld’. De oude wereld kun je vergelijken met de werelddelen Europa, Azië, Afrika en Zuid-Amerika. Op de rots van Gibraltar vindt je tegenwoordig niet meer. In Europa kun je ze nog alleen maar in dierentuinen vinden. Maar er is ook een nieuwe wereld voor de apen. Die nieuwe wereld is samen gevormd door zuid, midden en Noord-Amerika. Je kunt ze ook vooral vinden bij de evenaar.

 Eten

Sommige apen kunnen niet kiezen wat ze gaan eten ze moeten een bepaalde soort voedsel eten, dat komt omdat ze bijvoorbeeld in een bos leven met maar een bepaald aantal vruchten, torren, paddenstoelen of bamboe. Omdat ze in een bos leven is er veel verschillende soorten voedsel. Bij Apen denk jij vast aan dieren die alleen maar vruchten of bladeren eten. Dat is niet waar want een aap lust wel een stukje vlees. Ze gaan zelfs wel eens op jacht voor een stukje vlees. Ze doen dat niet vaak, maar als ze de kans krijgen dan grijpen ze die. In films wordt altijd een aap met bananen gecombineerd. Dat klopt wel, maar ze eten niet alleen maar bananen.

Leeftijd

De leeftijd van apen verschilt per soort. Gorilla's, Orang Oetans en Bonobo's kunnen wel 45 tot 50 jaar oud worden. Doodshoofdapen worden ongeveer 20 jaar oud. En een leeuwaapje is met 14 jaar al echt stokoud.

Soorten

Orang-oetan

Orang-oetans zijn zeldzame maar ook schuwe apen die alleen voorkomen op Sumatra en Borneo. Ze hebben erg lange armen en als ze oud zijn worden ze erg zwaar. Meestal leven ze alleen of in paren met hun jong. De Orang-oetans bewonen dichte wouden en brengen haast hun hele leven in de bomen door. De Orang-oetan eet eigenlijk alleen maar vruchten, omdat dat hun voornaamste voedsel is.

Gibbons

Mensapen hebben geen staart en geen kale plekken op hun achterste, zoals die uit Azië en Afrika. Mensapen zijn groter en intelligenter dan de gewone apen. Tussen de mensapen en de gewone apen staan dieren die Gibbons worden genoemd. Gibbons zijn erg slim. Zij hebben geen staart, maar wel kale plekken op hun achterste. De armen van een Gibbon zijn wel twee keer zo lang als zijn lichaam. Ze leven in bomen in wildernissen van Zuid-Oost-Azië. Het zijn fantastische acrobaten en erg luidruchtige dieren.

Handen en Voeten

Apen gebruiken zowel hun handen als hun voeten om iets vast te pakken. De rug van de handen en voeten van de meeste apen is meestal bedekt met vacht. Sommige soorten apen hebben geen duimen. Deze apen gebruiken hun handen dan als haken.

Staarten

Alle apen gebruiken hun staart om in evenwicht te blijven, bijvoorbeeld tijdens een sprong. Dit is speciaal het geval bij apen die in bomen leven. Sommige apen van de Nieuwe Wereld kunnen iets vastpakken met hun staart. Zij hebben een grijpstaart met een kale plek aan het eind.

Bavianen

Grote troepen bavianen leven in Afrika tussen de rotsen of in de steppen. Bavianen eten wortels, insecten en honing. Bavianen zijn sterke apen met grote tanden. Ze roepen elkaar met een diep geblaf. Slechts weinig dieren durven deze apen aan te vallen. Er zijn ook heilige bavianen dat betekent als apebaby’s op de rug van hun moeder worden gedragen.

Zuid-Amerikaanse apen

Zuid-Amerikaanse apen lijken veel op die uit Azië en Afrika. Ze zijn er niet echt aan verbonden, want ze verschillen op allerlei manieren. Deze apen hebben geen kale plekken op hun zitvlak. Ook hebben ze geen wangzakken zoals de apen van de Oude Wereld. Je hebt ook verschillende Amerikaanse apen zoals de Saki de Titi of de Spinaap dit zijn nog maar voorbeelden, want er zijn er nog veel meer. De spinaap is een van de apen die iets met de staart kan vast pakken.

Primaten

Apen horen tot dezelfde diergroep als de mens. Deze groep noemt men primaten. Primaten betekent ’ opperdieren ’. Het spookdiertje hoort ook bij de primaten. Een spookdiertje is net zo groot als een rat en komt uit Azië. De Zuid-Amerikaanse Indiaan is ook een primaat. Primaten hebben betere hersens als die van andere dieren. Ook hebben zij geleerd hun handen te gebruiken. Primaten kunnen goed zien, maar ook goed afstanden schatten. Er zijn veel primaten bijvoorbeeld: de Lemuren of de Maki’s zij leven op Madagaskar of de Kapucijaap uit Zuid-Amerika.

Chimpansees

Chimpansees leven in de tropische bossen van Afrika. Zij zijn kleiner, luidruchtiger, beweeglijker en sneller opgewonden dan gorilla’s. Ze leven gewoonlijk in gemengde groepen van niet meer dan twintig. Chimpansees hebben evenals de andere mensapen geen staart. Gewoonlijk lopen ze op handen en voeten, maar ze kunnen net als de andere apen rechtop lopen. De chimpansees zijn erg goed in klimmen en snel in lopen. Van alle apen zijn de chimpansees het intelligentst. Als ze volwassen zijn worden ze vaak woest en vernielzuchtig. Zoals alle apen zijn ze niet geschikt als huisdier. Chimpansees eten hoofdzakelijk vruchten, bessen en termieten (insecten). Soms doden ze andere dieren, ook wel apen en eten ze op. Elke nacht opnieuw maken ze binnen vijf minuten een nest om in te slapen.

Apentaal

De meeste apen leven in groepen. Een groep leeft in een deel van een bos of een jungle (wildernis). Dat is hun territorium. In dit territorium is hun voedsel en staan bomen waarin zij leven. Apen gebruiken hun stem om hun territorium te verdedigen. Met hun geschreeuw houden ze contact met hun groep. Sommige blaffen als honden of tjilpen als vogels, andere maken een toeterend geluid. Brulapen die komen voor in de tropische wouden van Zuid-Amerika. Zij kunnen met hun stem huilen of brullen als een leeuw. Dat geluid is vaak op kilometers afstand nog te horen. Je hebt bijvoorbeeld de rode brulaap en de zwarte brulaap.

Orang-oetans maken met een blad voor hun mond hun stemgeluid lager maken. Zo proberen ze vijanden af te schrikken. Ook Bonobo’s hebben een systeem waarmee ze bepaalde boodschappen kunnen communiceren. Toch betekent dit niet dat apen over een taal beschikken. Als je een sterke vijand tegenover je hebt staan, maakt het weinig indruk als je met een schril piepstemmetje zegt ‘Maak dat je weg komt!’ Je maakt meer kans om hem weg te jagen als je met een lage stem spreekt. Dat beseffen orang-oetans ook. Als zij een vijand zien aankomen, plukken ze een groot blad van een boom en houden het voor hun mond als ze een alarmsignaal maken. Zo klinkt het geluid vier keer zo laag als normaal.  Men hoopt de orang-oetan het roofdier zo te laten denken dat hij heel groot is om hem af te schrikken. Wie denkt dat liegen alleen onder mensen voorkomt, heeft het mis. Een vervet waarschuwt soms voor een python, zodat zijn soortgenoten op de vlucht slaan. Hij heeft dan vervolgens het lekkere hapje dat in de buurt was helemaal voor zichzelf. Als apen praten schreeuwen ze een beetje. Als het gaat om taal, is de mens uniek. Dieren kunnen lang niet zo geavanceerd communiceren als wij. Apen komen een heel eind in de buurt. Ze kunnen enkele geluiden maken die wel wat lijken op mensentaal, en er zijn in het verleden apen geweest die een vorm van gebarentaal hebben aangeleerd. Maar niet vergelijkbaar met hoe mensen dat doen. Maar er is nog een ander belangrijk verschil tussen het spraakkanaal van mensen en apen. Apen hebben namelijk keelzakken, waardoor ze een veel lager geluid produceren dan mensen. En ook dat maakt klanken van apen minder goed verstaanbaar zijn. Om het verschil aan te tonen maakte de Boer het spraakkanaal van de mens en dat van de aap na in simpele modellen van plexiglazen buizen. Om te beginnen laat hij een rechte buis zien, die het spraakkanaal in ruststand nabootst. “Als je daar aan de ene kant op slaat, komt er aan de andere kant een geluid uit dat klinkt als uh – hetzelfde geluid dat je produceert als je even niet weet wat je moet zeggen.

De voortplanting

Een gorillajong klemt zich vanaf de geboorte vast aan de moeder en dit doet hij totdat hij groot genoeg is om te lopen. Het jong is bij de geboorte helemaal kaal en hebben achter op hun kont een wit plekje. De jonge gorilla weegt als het net geboren is al één tot twee kilo. Als de baby vijf of zes maanden oud is kan hij al lopen. Als de jongen ongeveer een jaar zijn krijgen ze overal haren en beginnen ze op hun ouders te lijken. De gorilla jongen blijven bij de ouders tot ze groot zijn. De jongen horen echt bij de groep en worden daarom ook beschermd door de volwassenen. Als de groep weer een stuk gaat lopen gaan de jongen op de rug van de moeder. Dit doen ze totdat ze zo’n twee en een half of drie jaar zijn. Dan kunnen ze zelf op eigen kracht lopen en grotere afstanden afleggen. Een gorilla jong is pas volwassen als hij elf tot twaalf jaar is. Dan heeft hij geen haren meer op zijn borst en dan is hij dus volwassen

Bedreiging

Er blijft steeds minder bos over voor de mensapen door houtkap, aanleg van oliepalmplantages en bosbranden. De bloeiende handel in Afrikaans apenvlees zorgt er bovendien voor dat ze in vrijwel alle landen een geliefd jachtobject zijn. Gerookte of gestoofde gorilla en chimpansee zijn delicatessen in Afrika. Maar ook in Europa (Brussel en Parijs) vind je soms mensapen op de menu's. Babychimpansees en -orang-oetans worden gevangen en verkocht als huisdier. Hun moeder wordt daarbij vrijwel altijd gedood. Sommige mensapen belanden in stropersklemmen die bedoeld zijn voor ander wild. Vrijwel alle mensapen hebben te kampen met menselijke ziekten, burgeroorlogen en jacht door armoede onder de bevolking.

Beschermde gebieden

Apen hebben ook beschermde reservaten omdat ze bedreigde dier soorten zijn. WNF zet zich in voor de mensapen. Die zorgen voor nieuwe reservaten waar ze kunnen leven.

Apen in Nederland

Apen in Nederland kun je alleen maar vinden in dierentuinen en circussen. Binnenkort wordt dat gelukkig dit jaar als het goed is afgeschaft. In dierentuinen worden ze vaak goed behandeld. De dierentuin zorgt er ook voor dat er gefokt wordt door de dieren. Zodat ze later in het wild worden uitgelaten. Ze blijven bij de dierentuin totdat ze sterk genoeg zijn. Of ze zijn zeer zwak en blijven bij de dierentuin. Daar krijgen ze een heel special hok waar ze verzorgd worden totdat ze weer sterk genoeg zijn om voor zichzelf te zorgen.

Maak jouw eigen website met JouwWeb